In de natuurkundige benadering van de ‘weermachinerie’ zijn anno 1983 een hele rij aspecten met elkaar in wisselwerking. Ze worden verdeeld in: de warmtebalans van de aarde; de grote winden op aarde; het circulatiepatroon van de oceanen; het poolijs met het albedo-effect; en het atmosferisch zonneschild. We lopen ze in de vorm van figuren kort langs in aflevering 6, 7 en 8 van het eerste artikel van de klimaatkroniek ‘De aarde als natuurkundig verschijnsel – extreem weer verwacht’ in de rubriek Ontwrichting.’ Het broeikaseffect speelt zich af in de onderste laag van de atmosfeer, die de troposfeer heet.