Op school leerden we allerlei dingen die niet kloppen. Zoals dat de mens ‘van nature’ wordt gedreven door eigenbelang en een zucht naar steeds meer; dat het feodale stelsel een wreed systeem was dat veel menselijk lijden veroorzaakte; dat het kapitalisme een eind maakte aan dit systeem. We lezen waarom dit niet klopt in aflevering 1 tot 2 van het artikel ‘Natuur: kapitalisme/animisme – afkicken/aanwennen’ in de rubriek Ethiek. Het einde van feodale stelsel kwam juist doordat boeren en arbeiders erin slaagden de lijfeigenschap te beëindigen, mede door een sterkere onderhandelingspositie toen de builenpest, die één derde van de Europese bevolking uitroeide, de beschikbare arbeidskracht ineens schaars maakte. Ze werden vrije boeren met eigen land en vrije toegang tot de gemene gronden, waar ze hun vee konden laten grazen, konden jagen, sprokkelen en vissen. Ze bouwden aan een egalitaire, coöperatieve samenleving die geworteld was in de principes van lokale zelfvoorzienendheid. Het werd ‘de gouden eeuw van het Europese proletariaat’, ook ecologisch met herstel van de bodem en bossen die weer aangroeiden.