Voor mensen die de moed begonnen te verliezen zette Paul Kingsnorth samen met Dougald Hine het Dark Mountain Project op, een internationaal netwerk van mensen die, door verhalen te delen, het emotionele en morele belang van de menselijke milieucrisis proberen te begrijpen. Iedereen heeft behoefte aan hoop, stelt Kingsnorth. Zie aflevering 25 van het artikel ‘Weten, doen, hopen – actie en grondhoudingen’ in de rubriek Ontwrichting. We moeten onciviliseren, wat valt samen te vatten in drie stellingen: ‘We leven in een tijd van sociale, economische en ecologische desintegratie en we willen deze realiteit eerlijk onder ogen zien.’ Twee: ‘We verwerpen het geloof dat zegt dat de samenloop van crises kan worden gereduceerd tot een verzameling “problemen” die we technisch of politiek kunnen “oplossen”.’ En ‘We geloven dat de wortels van deze crisis in de verhalen liggen die we onszelf vertellen: de mythe van vooruitgang, de mythe van de mens in het centrum van alles, en de mythe van de scheiding tussen mensen en “natuur”.’

Kingsnorth raakte teleurgesteld in de milieubeweging en trok zich terug op het platteland. Daar denkt hij na: ‘Ik keek om me heen, naar de afnemende natuurlijke schoonheid en de steeds snellere vernietiging, en ik was aan wanhoop ten prooi.’ Wat hem uiteindelijk van die wanhoop gered heeft, vertelt hij in aflevering 26 tot 29: een geologisch-universeel perspectief dat hem bij het boeddhisme brengt en bij het begrip perceptie – om de werkelijkheid te scheiden van mijn kijk erop, een besef wat ‘natuur’ is en hoort te zijn. Dit is niet iets om hier samen te vatten; lees de vier afleveringen in hun geheel.