Emergentie (zie onder) is een sleutelbegrip in het hele artikel ‘De aarde leeft!’ in de rubriek Ecologie, waar het expliciet aan de orde komt in aflevering 5-7. Emergentie wordt ook besproken in aflevering 9 van het artikel ‘De samenstelling van systemen’ in de rubriek Complexiteit. Het blijft terugkomen in de verdere afleveringen. We zien ‘emergentie’ ook in aflevering 1 van het artikel ‘De kwetsbaarheid van netwerken’ in de rubriek Complexiteit en in aflevering 4 en 10 van het artikel ‘Kunnen we ontsnappen aan de energie-complexiteitsspiraal?’ in de rubriek Ontwrichting. We vinden tenslotte ook verwijzingen naar emergentie in aflevering 9, 35 en 39 van het artikel ‘Wereld-systeem in crisis’ in de rubriek Ontwrichting.

In het boek Schaal van Geoffrey West vinden we de volgende omschrijvingen van emergentie:

(Het) collectieve resultaat waarbij de eigenschappen van een systeem significant verschillen van de som van alle eigenschappen van zijn afzonderlijke samenstellende delen, wordt aangeduid als emergent gedrag. Het is een direct herkenbare eigenschap van economieën, financiële markten, stedelijke gemeenschappen, bedrijven en organismen.

In veel van zulke systemen bestaat geen centrale leiding. West noemt als voorbeeld hoe mieren een mierenhoop bouwen. Er is sprake van zelforganisatie. De extreemste en verbazingwekkendste versie van zelforganisatie leveren wijzelf. In een ultrakorte tijd hebben wij ons van tamelijk primitieve, in kleine groepen levende individuen ontwikkeld tot een soort die, met mammoetsteden en sociale gemeenschappen die talloze miljoenen individuen omvatten, de planeet domineert. Er is daarbij sprake van emergente wetten die dit beheersen. Deze steden worden beperkt door de emergente dynamiek van sociale interacties. West gaat hiermee in zijn boek Schaal verder aan de slag.

De emergente eigenschappen (of het emergente gedrag) van een systeem worden ook wel systemische eigenschappen genoemd – ter onderscheid van de eigenschappen van de losse componenten (of van de individuen) die het systeem samenstellen – omdat ze voortkomen uit de wisselwerking van die componenten (of individuen).

Voorbeelden van emergent gedrag of emergente eigenschappen zijn files op de snelweg, doelpunten bij voetbal en een prijsverandering op de financiële markt.

Eén auto die de snelweg af gaat levert geen enkel probleem op, maar als honderden auto’s proberen diezelfde afslag te nemen (om naar de voetbalwedstrijd te gaan) ontstaat er een opstopping. Zo bestaat het verkeerssysteem uit de wisselwerking tussen een verzameling auto’s en een wegenstelsel.

Evenzo is een losse voetbalspeler niet in staat in zijn eentje een wedstrijd te spelen, hoe goed hij of zij ook is. Alleen het samenspel tussen de spelers van twee elftallen levert een wedstrijd op. Daarom is het scoren van doelpunten een emergente eigenschap van het systeem voetbal.

En daarom is er ook een wisselwerking tussen de beslissingen van geldhandelaren voor nodig om op een prijsverandering op de financiële markt uit te komen. Die verandering is dus een emergent verschijnsel dat zowel bepaald wordt door de beslissingen van de losse handelaren en de wisselwerking tussen hen.

Een emergente eigenschap en/of emergent gedrag wordt vaak gezien als ‘onverwacht’ of ‘verrassend’. Dat komt omdat we in het algemeen wel wat weten over de kenmerken van de individuele componenten, maar niet over de algehele systemische eigenschappen die voortkomen uit de wisselwerking tussen die componenten.

We weten bijvoorbeeld wel wat van de gedragspatronen van individuele opstandige demonstranten hier of daar, maar we weten niet of en hoe het gedrag van elk van die demonstranten samen (in wisselwerking) misschien een opstand zal creëren die de regering omverwerpt. Die opstand is een emergente eigenschap van het gehele systeem, niet iets dat je in het individuele karakter van de acties van de ene of de andere opstandeling aantreft.

Volgens Westbroek, in aflevering 5-7 in het artikel ‘De aarde leeft!’ in de rubriek Ecologie, is emergentie het tevoorschijn komen van systeemeigenschappen die niet zijn toe te schrijven aan een van de onderdelen van het systeem. De organisatie van het leven op aarde is het toppunt van emergentie, of liever de accumulatie van miljarden emergenties die zich palradsgewijs opstapelen. In aflevering 18 volgt daarop een belangrijke aanvulling.

De Amerikaanse klimatoloog Wally Broecker die in 2019 overleed – zo lezen we in aflevering 6 van het artikel ‘De aarde als complex systeem: ons verdronken land’ in de rubriek Ontwrichting – was bang dat de Golfstroom wel eens kan gaan haperen, of zelfs stilvallen. Hij dacht dat klimaatsystemen met plotselinge sprongen werken, met de oceanische transportband als een ‘emergente eigenschap’ van het totale aardsysteem.

Nate Hagens stelt in aflevering 16 van het artikel ‘Economisch denken voor de toekomst – voorbij het superorganisme’ in de rubriek Economie dat de mensheid in een wereldwijd onderling verbonden beschaving de facto een ‘superorganisme‘ is geworden. Net als een zwerm spreeuwen enkele regels volgen, zo volgen ook wij drie eenvoudige regels: werk samen om financiële overschotten te verwerven; streef cultureel geaccepteerd gedrag na; en geef het financiële surplus uit aan leuke dingen of aangename ervaringen. Het emergente resultaat van bijna 8 miljard mensen die aan de hand van deze eenvoudige regels hun dagelijks leven leiden, is zo een ‘superorganisme’ met een metabolisme van 17 terawatt.

Steve Keen constateert in het artikel ‘Onze complexe wereld’ in de rubriek Complexiteit dat de gangbare economische wetenschap helemaal niet door heeft dat de economie een complex systeem is met bijbehorende eigenschappen. Keen heeft deze in aflevering 9 proberen te vangen met zijn ‘Minsky-model’. De werkelijk waargenomen verschijnselen komen in dit model verrassend genoeg allemaal naar voren, compleet met ‘emergente eigenschappen’ (die dus niet middels aannames of formules in het model zijn ingebouwd). Die nieuwe eigenschappen emergeren uit de interacties tussen de systeemvariabelen: in dit geval tussen de werkgelegenheidsgraad, het loonaandeel van het bbp en het niveau van de particuliere schuld in verhouding tot het bbp. Als tweede emergente eigenschap noemt hij ‘dat cycli afvlakken en vervolgens aanzwellen naarmate de crisis nadert’.